Nationale ombudsman weigert hulp bij onterechte fraudeboetes

Reinier van Zutphen, per 1 april onze Nationale ombudsman, weigert om de gedupeerden van het UWV bij te staan als zij een onterechte boete hebben gekregen.

Sinds de invoering van de omstreden fraudewet per 1 januari 2013 hebben de medewerkers van het UWV naar schatting 50 miljoen aan onterechte boetes opgelegd.

Aan het opleggen van onterechte en te hoge boetes kwam pas een einde toen in november 2014 de eerste zaak werd behandeld door de Centrale Raad van Beroep. Die besliste dat het UWV de fraudewet stelselmatig verkeerd toepaste. Het UWV staakte meteen zijn praktijken, maar er waren op dat moment al tienduizenden onterechte boetes uitgeschreven.

Vanaf het moment dat de fraudewet werd ingevoerd tot het moment dat de CRvB zijn uitspraak deed, heeft de ombudsman niets van zich laten horen. Pas in december 2014 publiceerde hij een algemeen rapport, waaruit bleek dat de meeste mensen onschuldig waren. Met dit rapport is vervolgens niets gebeurd.

 

Catch 22

Wie zich met een onterechte boete tot de Nationale ombudsman wendt, merkt al snel dat de medewerkers alles aangrijpen om maar geen hulp te hoeven bieden: “de minister gaat hierover”, “we wachten op een onderzoeksrapport”, “uw zaak ligt bij het UWV”, “de politiek is aan zet”, etc.

Hebben mensen besloten om niet naar de rechter te stappen? Dan kan de ombudsman ‘helaas’ niets doen. Maar als er wel een rechtszaak loopt, is juist dát weer een reden om een verzoek af te wijzen.

In de praktijk betekent dit dat de ombudsman geen van de klachten in behandeling neemt.


Lees hier reacties van gedupeerden


 

De gebruikte excuses om geen onderzoek in te stellen hebben geen enkele geldigheid. Het is de taak van de ombudsman om te kijken of er sprake is van onbehoorlijk overheidsoptreden. Dit oordeel staat los van wat de politiek, de rechter, het UWV of de minister allemaal vindt.

De ombudsman hoort onafhankelijk te zijn en zich niet te laten beïnvloeden door andere partijen dan de burger.

 

Terugbetalen onterechte boetes

Onlangs heeft minister Asscher (SZW), zelf verantwoordelijk voor een boekhoudfraude van 3,8 miljard, beslist dat de onterechte boetes niet worden terugbetaald. Dit zou te kostbaar zijn. Steeds meer gemeenten negeren dit besluit en gaan in het kader van behoorlijk overheidsoptreden alsnog de boetes herzien.

Ook de Landelijke Cliëntenraad (LCR) pleit voor een herzieningsoperatie.

Drie wethouders schreven vorige week een pamflet, waarin ze stellen dat rechtvaardigheid verder gaat dan kijken naar juridische verplichtingen.

Dit was een prachtig moment voor Reinier van Zutphen om zich ook uit te spreken, maar nee, het blijft opnieuw stil. In plaats van het pamflet mede te ondertekenen, zoals elf wethouders wel deden, gebruikt hij de uitspraak van de minster aan om de benadeelden definitief af te serveren.

Sinds kort geeft de ombudsman namelijk zonder omhaal te kennen dat hij simpelweg weigert om klachten in behandeling te nemen.

“De Nationale ombudsman speelt verder geen rol meer in de zaken omtrent de boetes die zijn opgelegd door uitkeringsinstanties.”

 

De Nationale ombudsman heeft één rapport uitgebracht en daarmee is zijn straatje schoon geveegd. Aan individuele slachtoffers valt geen eer te behalen, dus die moeten het zelf maar uitzoeken. Met deze houding brengt Reinier van Zutphen zichzelf ernstig in diskrediet.

Onterechte boetes horen terug betaald te worden. Zo simpel is dat. Daarover hoort de Nationale ombudsman zich, net als de wethouders, de LCR en zelfs de Rijdende Rechter, luid en duidelijk uit te spreken.

Wij hebben reacties van gedupeerden verzameld. Reinier van Zutphen wenste niet te reageren, noch van onze bevindingen op de hoogte te worden gesteld.